Naast een goed gebit is een passend bit ook erg belangrijk voor een fijne aanleuning. Een goed passend bit sluit qua maat en vorm goed aan bij de mond van het paard. Soms is het een kwestie van proberen op welk bit een paard het fijnst loopt. Theoretisch kan een bit nog zo goed zijn, maar kan het paard toch beter lopen op een ander bit.
Om een bit aan te laten meten bestaan zogenaamde bitfitters. Er zit heel veel verschil tussen bitfitters. Sommigen hebben een uitgebreide opleiding gehad en anderen een korte cursus. Daardoor is er ook veel verschil in niveau. Een bitfitter kan vooral nuttig zijn als je zelf niet zo goed weet of een bit past of niet. Een groot voordeel van een bitfitter is dat ze veel verschillende bitten bij zich hebben en je daardoor ook veel verschillende bitten kunt uitproberen.
Zelf ben ik geen bitfitter, maar ik kijk natuurlijk vaak naar de mond van een paard. Daardoor kan ik je advies geven over je eigen bit.
Op deze foto kijk je schuin van voren in de geopende mond. Onderin zie je de tong,
bij de blauwe handschoen zie je de rechter mondhoek van de binnenkant, op de bovenlip zie
je een donkerrode plek, op de onderlip een lichtbruine plek. Beide plekken zijn kneuzingen/irritaties
van een slecht passend bit.